Keizer Napoleon Bonaparte woedend op zijn broer Lodewijk

De komende bijdragen volgen we de gebeurtenissen van 200 jaar geleden op de voet.
Keizer Napoleon was op dat moment in een moeizame oorlog verwikkeld met de Coalitie (ditmaal bestaand uit Pruisen, Oostenrijk en Engeland), waardoor hij zijn handen niet meer vrij had. De Engelsen doorzien de zwakte van Napoleon’s systeem en vallen Walcheren binnen.
De vraag is nu: waarom reageerde koning Lodewijk in de ogen van de Franse keizer zo traag op deze toch ingrijpende gebeurtenis? Het antwoord is m.i. gelegen in een eerdere, soortgelijke (bijna) gebeurtenis stammend uit het najaar van 1806.
In dat najaar had de Pruisische koning alle moed verzameld om met Rusland en Engeland van Napoleon te eisen dat Franse legereenheden en al die hele en halve Franse bestuurders het Duitse gebied zouden verlaten; ook moest het door de Keizer opgerichte Rijnlandverbond worden ontbonden. Napoleon had deze eisen opgevat als een oorlogsverklaring en had de Pruisische legers bij Jena en Auerstadt waarschijnlijk vernietigd, maar zeker vernederd. Omdat de pas aangewezen koning Lodewijk samen met zijn generaal Dumonceau enkele Nederlandse regimenten richting Hannover had gedirigeerd, om deze stad in opdracht van de grote broer in te nemen, was bij de Koning de vrees ontstaan dat zijn Koninkrijk té open lag voor een eventuele Engelse inval. Hij gaf daarom op eigen houtje aan een aantal nabij Parijs gelegerde reservetroepen bevel naar Holland af te reizen. Keizer Napoleon vlamde van woede, toen hem het bericht over dit ‘eigenmachtig’ handelen van zijn jongere broer bereikte.  Het humeur over Lodewijk zou de volgende jaren niet of nauwelijks herstellen. Overigens bestonden er bij de Engelsen op dat moment geen plannen om het Koninkrijk Holland te bedreigen.
 
 
En dan, eind juli, begin augustus 1809. Napoleon, opnieuw uitgedaagd door de Coalitiegenoten, had zijn handen meer dan vol aan de Oostenrijkse legers, maar was wel aan de winnende hand. Maar vanuit de Engelse havens vertrokken ditmaal wel een aantal marineschepen richting het Koninkrijk Holland. Lodewijk had tot dan, menende te hebben geleerd van 1806, hoegenaamd geen maatregelen genomen om een eventuele inval alsnog het hoofd te kunnen bieden. De inval, in Walcheren, vond dan ook vrij onverwachts plaats. De Keizer begreep onmiddellijk dat dit een smet op zijn militair blazoen zou gaan worden, indien niet meteen door Lodewijk afdoende maatregelen zouden worden genomen.
De Koning liet in zijn Koninklijke Courant een oproep plaatsen gericht aan alle Nederlanders om het bedreigde vaderland te hulp te schieten. Ook de Gelderse jongemannen kregen te horen en te lezen dat nu eindelijk het moment was aangebroken om de aloude vijand, Engeland, met moed en bravoure te weerstaan, zoals de voorvaderen hadden gedaan. Waren het niet dezelfde invallers geweest, die de glorie van het land en zijn ingezetenen telkens weer tegenwerkten? De reactie op de oproep was lauwtjes. Hier en daar liet een enkele Elburger, Doetinchemmer en Elstenaar zijn municipaal bestuur weten wel als vrijwilliger te willen optrekken. Maar de vraag was telkens: wat is het soldij? Niemand die daarop direct een antwoord wist. Wel werd de ‘vrijwilligers’ in het vooruitzicht gesteld, dat het wel eens ineens en vooruit zou kunnen worden betaald. De volgende vraag was, voor de Gelderlanders ten minste, waar moesten ze zich verzamelen? Landdrost De Vos van Steenwijk stelde een oud-militair, kolonel Raaf, aan om de verwachte massale toestroom in goede banen te leiden.
Raaf liet vervolgens alle stads- en municipale besturen weten, de aanmelders met een beetje fourage naar Arnhem te sturen; daar zouden ze wel verder te horen krijgen over het hoe en wat.
En inderdaad daar kwamen de eerste manschappen naar Arnhem: lopend, en sommigen… met vrouw en kind(eren).
 
 
Elze Luikens (c) / Vragen?: dr.e.luikens@live.nl
 
 

Een Reactie op “Keizer Napoleon Bonaparte woedend op zijn broer Lodewijk

  1. Pingback: Koning Lodewijk Napoleon (3): van Code Napoleon tot antwoord op de Engelse inval van zomer 1809 | Keizer Napoleon Bonaparte, koning Willem I en hun (Gelderse) onderdanen; geschiedkundige ontwikkelingen van bestuur en samenleving

Plaats een reactie